Een must als je in Porto bent, is het treinstation van São Bento. Deze plek is meer dan alleen een treinstation. Het is een architectonisch juweel, naast de vele andere bezienswaardigheden die deze stad rijk is. Het treinstation van São Bento, gebouwd door de Portugese architect José Marques da Silva in 1900, werd zestien jaar later geopend voor het publiek. De bouw vond plaats op de plek waar ooit een Benedictijner klooster was gevestigd, vandaar de naam São Bento. De architectuur heeft een invloed uit de Franse Renaissance, en hoewel de gevel al behoorlijk indrukwekkend is, is het interieur wat bezoekers echt versteld doet staan. De grote zaal is prachtig versierd, van de grond tot aan het plafond, met meer dan 20:000 “azulejos” (Portugese tegels), die vertellen over belangrijke gebeurtenissen uit de geschiedenis van Portugal.

Met een missie om de “bevordering van het onderwijs en de waardering van de schone kunsten” te bevorderen, cultiveert The Barnes Foundation al sinds 1922 de levendigheid van kunst. Het beschikt over één van 's werelds grootste collecties impressionistische, postimpressionistische en moderne kunst, samen met Afrikaanse, Pennsylvanische Duitse, Indiaanse en andere kunstperiodes. Renoir, Cézanne en Matisse zijn slechts enkele kunstenaars waarvan hun meesterwerken in de Barnes te zien zijn, en er is zelfs een plantencollectie van 5 hectare in het Arboretum.

Een kleine, intieme galerie gericht op lokale en nationale kunstenaars. De twee verdiepingen zijn voorzien van een verscheidenheid aan kunstwerken, van schilderijen en sculpturen tot keramiek- en glaswerken.

Dit serene nationale park ligt op slechts 1 uur rijden van Cork en biedt een ontsnapping uit de drukke stad. Het park is een plek om je terug te trekken en te ontdekken en beschikt over 10 km aan natuurpaden, waaronder een watervalwandeling. Het land is bezaaid met relikwieën, waaronder een 19e-eeuws oratorium en een 18e-eeuwse hermitage.